Over de Turk, de Marokkaan en wat zij delen.

Mocht je het blog wel geloven, bekijk dan toch even het filmpje ‘Deelexperiment’ over de vraag ‘Wat delen we nog met elkaar?’ (Met dank aan Stef Soons)

Deelexperiment

Het vorige blog, geschreven vanuit buurtbemiddeling, ging vooral over mijn hinderlijke (voor-) oordelen. Gelukkig heb ik daar intussen definitief mee afgerekend, dankzij de hulp van vele allochtone buren die mij, vaak voor ze het zelf in de gaten hadden, een blik in hun huis gunden: gastvrij en vriendelijk. Vaak ook voel ik– misschien wel vanwege de schaamte om die oordelen – iets van hun positie onder de Nederlanders, die voor deze medelanders niet altijd soepel en vanzelfsprekend is.
Tja, en als de nationaliteiten onderling burenproblemen hebben (geluidshinder, het centrale thema in vrijwel alle bemiddelingen) dan wordt het extra lastig.
De taal is direct de grootste barrière, zowel voor de deelenemers als de bemiddelaars. Ook wie er aan tafel komen en het woord doen (vaak mannen) geeft de bemiddeling een zeker verloop. De vrouwen zijn uiteraard net zo goed eigenaar van het conflict, helemaal in onderstaand voorbeeld!
Dan zijn er vast nog factoren zoals culturele verschillen, betrekkingen tussen de volken, relaties binnen de woongemeenschap (vaak hoogbouw) die de bemiddelaars hooguit een beetje kennen. De nieuwsgierige houding komt hier dus goed van pas. Zoals het hoort!

Zo kwam er na jaren van vriendschap(!) tussen de Turk en de Marokkaan, een einde aan hun gezellige uurtjes. Niet dat de mannen problemen hadden, nee de vrouwen vooral.
Een oudere vrouw met kwalen die haar humeur sterk beïnvloedden. Een verdieping hoger een jonge, nogal aan huis gebonden moeder met twee kleintjes. Kinderen maken geluid, zo is dat en dat kan als hinderlijk worden ervaren. Over het balkon tuffen, kleden uitkloppen en nog zo wat irritaties deden de rest. De mannen waren veel van huis. Ik denk achteraf dat ze elkaar nog wel spraken, maar dat blijft een beetje hun geheim. Na veel heen en weer praten, kregen we ze aan tafel, de mannen mèt hun vrouwen. De bemiddeling met beide stellen brak door toen de oudste van de heren suggereerde dat ze er toch uit moesten komen. Behoorden te komen zelfs! Ze hadden toch hun islam gemeenschappelijk. Daarin stonden toch twee belangrijke regels die hier van toepassing waren: goed nabuurschap en reinheid? Zo was de richtinggevende toon gezet en konden er snel wat praktische invullingen worden bedacht. De heren lachten breed en wij vermoedden dat ze het thuis nog wel eens aan hun partners zouden uitleggen …

Pluk van deGrappig om te zien hoe contact direct verbetert als deelnemers iets delen. Gehoord worden is één, maar overeenkomsten kunnen ook bepalend zijn. Altijd handig om zelf te benutten in een gesprek met onbekenden, zakelijk, op feestjes of zomaar in de nabijheid van anderen. Weet je dat de ander ook van sport houdt, begin er over. Ben je er niet zeker van, vraag dan naar interesses. Allicht ontstaat er een raakvlak. Zo vind ik mensen die kamperen in een tent bij voorbaat al stoer. Haast onzinnig, maar toch… Als je alert luistert, hoor je ook wat anderen bezighoudt en motiveert. Als dat ook jouw belangstelling heeft, dan zou ik maar een praatje aanknopen.

Wat zijn jouw  ervaringen met momenten, waarin je ontdekt dat je iets gemeenschappelijk hebt met een ander?
Ik lees ze graag hieronder.

tekstverwerking en illustraties: Julia Noorlander

Geef een reactie